vierkant moestuin

Je doelen behalen, maar dan anders

Misschien is het iets van deze tijd, misschien is het karakter, misschien is het aangeleerd of een mix van alles bij elkaar. Maar ik kan wel eens bewust en onbewust stoeien met ‘iets willen’ en daar gestructureerd naar toe werken. Ik geef dan bijvoorbeeld het ene moment vol gas en denk nergens anders meer aan en op een onoplettend, volgend moment ben ik totaal vergeten dat ik “oja, ergens mee bezig was..” een maand geleden zegmaar. Herkenbaar?   

Ik moet mezelf er dan aan herinneren dat er voor alles een tijd en plaats is. Er is een moment voor het fantaseren, het wegdromen, het nadenken en het smeden van de plannen. Er is een tijd van organiseren, uitzoeken, uitdenken en informeren. Er is een tijd van het oppakken, uitwerken, doorpakken, aankopen, realiseren en uitvoeren. Bij mij kunnen in mijn enthousiasme al die stadia dwars door elkaar lopen met als overkoepelende strategie: eerst doen en gaandeweg zien hoe het loopt. Daar is overigens niks mis mee. 

Dungeons en Dragons

Samen met mijn twee broers en moeder zit ik aan een tafel. Chocola, koppen thee, vellen papier en polydice-dobbelstenen liggen op tafel. Mijn middelste broer introduceert, na maanden voorbereiding, Dungeons en Dragons. Voor degene die het niet kent, het is een spel dat wordt gespeeld in een fictieve wereld. Ieder krijgt een eigen karakter, ik ben een soort dwerg met laarsjes en een lang touw als wapen of praktische tool aan zijn riem. Aan de hand van het verhaal dat mijn broer beeldend en gedetailleerd vertelt, worden mijn andere broer, mijn moeder en ik door een wereld en het spel geleid. Om keuzes te maken en verder te komen in het spel moet er gedobbeld worden en… overlegd. 

Niet denken maar doen

Dat overleg vond ik al snel veel te lang duren. Eindeloos bakkeleien over de mogelijke uitkomsten van actie A of B, zonde van de tijd en vermoeiend. Wanneer we ons op een kruispunt bevinden waar we zowel links, rechts als rechtdoor niet goed kunnen zien waar het ons heen lijdt, maar we wel moeten weten welke kant we opgaan, besluit ik dat het wel even klaar is met het overleg en er een beetje tempo in het spel mag komen. Ik, ofwel mijn dwerg karakter, ren als een wilde een gang in zonder te weten wat daar is, met als resultaat dat ik met mijn iets te grote laarsjes in een onvoorziene modderpoel blijf steken. Het lukt me niet om er uit te komen, waardoor ik mijn laarsjes achter moet laten en op mijn sokjes verder moet door de modder. Het voordeel is dat ik nu kan zien waar deze gang heen leidt. Het nadeel is dat dit de thuisbasis blijkt te zijn van twee monsterlijke beren die mijn dwergje, inmiddels op soppende moddersokjes, weleens voor een lekker hapje aan kunnen zien. 

Nu wil ik mijn actie niet teniet doen natuurlijk, wanneer het aan mijn medespelers zou liggen waren we nu nog in overleg. Op zijn minst weten we nu dat deze route niet de meest ideale is. Anderzijds, als kleine dwerg zou ik mijzelf snel, behendig en geruisloos door werelden moeten kunnen bewegen, maar door mijn soppende sokjes na mijn ren actie zijn niet alleen mijn laarsjes in de modder blijven steken maar ook die stille sluip- en ontsnappingskwaliteiten.

Het spande er even om of ik, en mijn dwerg karakter, de twee hongerige beer wezens zouden overleven. Mijn geheugen laat mij hier even in de steek op de details van de precieze ontsnapping, wel weet ik dat we, al dan niet op soppende sokjes, de missie waar het allemaal om draaide; het redden van een eenhoorn, succesvol hebben volbracht. Dankzij, of ondanks mijn impulsieve en soms ongeduldige acties. 

Je eigen flow vinden

Ik wil er maar mee zeggen dat er eigenlijk niet één manier is om de bestemming te behalen die je voor ogen hebt. Ik dacht dat een beetje structuur wel goed zou zijn, maar structuur is ook niet alles. Het kan ook de flow er uit halen en ruimte ontnemen aan “the element of surprise”, terwijl die juist ook zo waardevol kan zijn. Sommigen werken met lijstjes, zijn über gestructureerd en gedisciplineerd, anderen gaan meer go with the flow, weer een ander gaat soms in de 5e versnelling waarna hij of zij een volgend moment weer even vast staat, in de modder. 

Eigenlijk is alles prima, als je maar in beweging blijft. Of niet. Want soms is stilstaan ook gewoon het allerbeste wat je kunt doen. Op die momenten zou je je laarsjes ook gewoon even in de modder mogen planten, zodat je geen kant op kunt en alles van een afstandje kunt bekijken. 

De volgende stap wordt vanzelf wel zichtbaar. 

Liefs,